Verslag en registratie van online discussiebijeenkomst ‘Thuis in de Toekomst’ Hoe willen ouderen wonen.

02 november 2020 Gepubliceerd door
Credit: afbeelding: John van Hamond

Op vrijdag 30 oktober vond er een besloten online discussiebijeenkomst plaats over het thema ‘Thuis in de Toekomst – hoe willen ouderen wonen?’

Het Bosch Architectuur Initiatief ging over dit thema in gesprek met vertegenwoordigers van ouderenorganisatie, gemeente, architect, initiatiefnemer, wijkwerker; ze gingen met elkaar in gesprek over de vraag: 

‘Hoe zorgen we met elkaar (ouderen, gemeente, woningcorporaties, architecten, ontwikkelaars) dat de wensen van (groepen) ouderen gerealiseerd worden, om zo te komen tot betaalbare passende woningen voor alle ouderen: arm en rijk, allochtoon en autochtoon? Op papier lijken we allemaal dezelfde ambitie te hebben; hoe komt het dan dat er nog steeds te weinig initiatieven opgestart worden?’

Het gesprek had als doel om te komen tot een aantal inzichten in hoe de woningbouwvraagstukken voor ouderen sneller opgepakt kunnen worden.

Het werd een vruchtbare dialoog waarin de kern van het probleem ingekaderd werd, en waarin de betrokken zich committeerden aan een vervolg.

De bijeenkomst is in samenwerking met de Academie voor Beeldvorming tot stand gekomen en vormde onderdeel van het programma ‘Lang Leve…!’ waarin de beeldvorming over oud worden in ‘s-Hertogenbosch centraal staat.

Bekijk hieronder de opname van het online gesprek van 30 oktober.

 

Synopsis

De urgentie voor de politiek, maatschappelijke- en marktpartijen om de ouderenhuisvesting serieus op te pakken is hoog. Er ligt een grote opgave in het aanpassen van de bestaande woningvoorraad en het realiseren van nieuwe concepten, waarbij met name een goede woonomgeving voor ouderen essentieel is.

Het gaat daarbij dus niet zozeer om aantallen woningen, maar om het vinden van de juiste woonvorm, de juiste mix en plaatsing van die woningen. Een fijne leefomgeving kan een enorm positieve bijdrage betekenen voor ouderen, waardoor de zorgbehoefte verminderd en er sociaal, economisch en maatschappelijk rendement ontstaat. In het gesprek komen hiervoor inspirerende pilotprojecten en ontwerpvoorbeelden langs.

Het realiseren van de juiste woningen en woonomgeving lijkt niet zozeer een ontwerpopgave maar een procesopgave, waarbij meer domein-overstijgend gewerkt zou moet worden en alle partijen vroeg betrokken zijn. De gemeente ‘s-Hertogenbosch zou hierin een inspirerende en faciliterende rol kunnen spelen en zet hierin ook stappen, zoals met de recente gemeentelijke Woonvisie. Kernvraag: Hoe dit proces te versnellen en te komen tot concrete resultaten? In een vervolggesprek wordt dit aspect geagendeerd.

Sprekers:
Ivar Schoppema (gemeente ’s-Hertogenbosch)
Nel Willekens (Wakkeren Ouderen)
Yvonne de Lege (CPO Groep Droomhuis)
Jannie Vinke (ANA Architecten)
Pieter Graaff (Open Kaart)
Mireille Knape (BPD)
Monique Buurma (Farent)

Moderator
Klaas Burger (Academie voor Beeldvorming)

 

(integrale)registratie van het rondetafelgesprek. Discussie vanaf 53:00

Verslag

afbeelding: Open Kaart

Tijdens de korte presentaties waarmee het gesprek begon werd de bandbreedte van probleem en oplossing duidelijk.

Zo schetste Ivar Schoppema de demografische ontwikkeling van een groeiende groep ouderen die langer zelfstandig blijven wonen, en de behoefte aan andere woonvormen die is ontstaan met het verdwijnen van de verzorgingshuizen. Met een aandeel van maar 1 tot 1,5 procent nieuwbouw in de woningbouwvoorraad van ‘s-Hertogenbosch benadrukte hij dat de opgave ook voor een groot deel in de bestaande woningbouwvoorraad zit.

Nel Willekens vervolgde met een duidelijke roep om urgentie en aandacht voor vereenzaming. Ouderen blijven langer gezond als ze onderdeel blijven/worden van de wereld om hen heen en zijn eerder geneigd om uit hun te grote gezinswoning te verhuizen als er wél aantrekkelijke alternatieven zijn. Ouderen willen over het algemeen niet alleen wonen van hun 70ste tot hun 90ste.

schets: Nel Willekens

Yvonne de Lege licht toe dat het moeilijk blijkt hun project, een mix van koop- en huurwoningen, te laten landen bij de gemeente. Het algemene beeld dat lijkt te bestaan van ouderen klopt niet met de realiteit: ook ouderen houden van reuring en willen meebeslissen over hun omgeving. Allerlei factoren – zoals het schijnbare gebrek aan capaciteit bij gemeenten, ontwikkelaars en woningcorporaties en het ontbreken van beschikbare locaties om initiatieven te faciliteren – remmen de plannen en de positieve dynamiek. Ook hun voorkeur om een mix van koop en (sociale) huurwoningen te realiseren binnen een project, lijkt moeilijk uitvoerbaar.

Pieter Graaff van Open Kaart vertelde over hun ervaring in en de relevantie van het betrekken van bewoners bij de planvorming van wijken en gemeenschappen. Hij illustreerde dat met een voorbeeld waarbij in samenwerking met de woningbouwcorporaties condities geschept werden om mantelzorgrelaties in de wijk te faciliteren; dat legt de kiem voor een zorgneutrale wijk.

Jannie Vinke liet zien dat een architect, samen met een goede opdrachtgever, zo kan ontwerpen dat er condities geschapen worden voor een fijne woonomgeving; ze illustreerde dat met een aantal spraakmakende voorbeelden, waarbij onder meer veel aandacht is voor de actieradius, passende bij de verschillende levensfases van de bewoners, en ontmoetingsplekken in de verkeerruimte. Ze onderstreepte dat het moeilijk is om dergelijke projecten voor elkaar te krijgen. Steun of regelgeving vanuit de gemeente is daarbij zeer waardevol.

afbeelding: ANA Aarchitecten

Mireille Knape vertelde vanuit haar ervaring dat BPD deze maatschappelijke opgave in hun mission statement verankerd heeft; zo wordt er gewerkt met community-managers bij deze opgaven en workshops met alle betrokkenen bij de start van gebiedsontwikkeling. Maar ze onderstreepte ook de complexiteit om deze ambitie te realiseren.

In de discussie wordt gesproken over het domeinoverstijgend adresseren van deze leefomgeving van ouderen, door bijvoorbeeld wijkgerichte pilotprojecten, waarbij alle partijen zich in een vroeg stadium committeren aan dit doel.

Ivar Schoppema signaleert dat de gemeente vooral de laatste jaren meer domeinoverstijgend is gaan werken, mede door de decentralisaties in het sociaal domein, maar dat dit nog niet altijd in de genen zit. De roep om meer urgentie, en de rol van de gemeente bij het faciliteren van initiatieven en projecten, beaamt hij. Hij ziet in dit gesprek ook input voor een mogelijke verdere uitwerking van het thema ‘wonen en zorg’ waaraan de gemeente samen met relevante partijen wil gaan werken. Hij praat in dat verband ook graag verder met de betrokken partijen en samen met collega’s over dit thema.

Het BAI zal een vervolggesprek initiëren, waarbij de procesmatige versnelling en het concreet maken van initiatieven centraal staat.

Laat een reactie achter